Brief aan personage
Ongeveer een maand gelezen heb ik de Helaasheid Der Dingen gelezen, geschreven door Dimitri Verhulst. Het verhaal riep veel vragen bij mij op, vragen die onbeantwoord bleven. Ik besloot een brief te schrijven naar Maria, de oma van Dimmetrie en de moeder van Herman, Zwaren en Potrel, omdat ik haar zeer sterk bewonder. Bovendien kreeg zij nooit respect van haar zonen, terwijl zij ontzettend veel voor hen deed. Daarom wil ik haar het respect geven, dat ze nooit eerder kreeg.
Lieve Maria,
Ik heb zo ongelooflijk veel respect voor jou. Dat wil ik jou toch wel even duidelijk maken.
Jullie hebben het daar in Reetveerdegem enorm moeilijk, dat weten we allemaal, maar jij laat je daar niet door doen en je blijft vechten. Je vecht voor jezelf, maar ook voor je zonen en voor Dimmetrie, voor Pie en voor Reetveerdegem. Ze zouden je daarvoor moeten prijzen. Ze zouden jou beter een prijs geven, in plaats van aan Herman voor zijn drinkkunsten. Maar nee, dat wordt je niet gegeven, niets wordt je gegeven. Jij bent diegene die geeft, maar respect krijg je daar niet voor in de plaats. Dat is erg, Maria, dat vind ik zo erg. Vandaar deze brief, ik wil jou bedanken in hun plaats.
Hoe meer ik te weten kwam over de situatie ten huize Verhulst, des te meer vroeg ik mij af hoe de situatie was wanneer jij zelf jong was. Het blijkt je zo weinig te doen, dat jou zonen je zo misbruiken, dat ze zo onbeschoft zijn. Waarom toch, waarom? Je moet strenger zijn Maria, anders blijven ze voor altijd van je profiteren. Je hebt zelf ook financiële problemen, die zij alleen maar vergroten. Het ergste van al is dat zij het geld niet eens nuttig besteden, ze doen het op aan sigaretten en drank. Alstublieft Maria, denk eens aan jezelf en vraag wat huur, maak een lijst met taken die ze moeten uitvoeren, vraag hun om wat klusjes te verrichten of tenminste geld om ze te verrichten. Al die kosten vallen op jou schouders en zo kan dat echt niet verder. Laat ze niet hun eigen gangetje gaan.
Ik herinner mij nog heel goed dat je een nieuwe fiets gekocht had voor je zoon met je laatste geld, omdat hij zijn leven gebeterd had. Dat vond ik zo lief van je, dat ik echt boos op hem ben geworden.
Je bent te goedgelovig, je hebt het zo goed met hen voor. Het is spijtig dat zij jou niet respecteren. Het wordt tijd dat ze alleen verder gaan.
Ik denk dat het beter voor je is als je naar een rusthuis gaat, Maria. Je hebt die rust nodig en je verdient dat meer dan wie ook. Je zal daar goed behandelt worden, vrienden maken. Ik weet dat jou leven niet altijd gemakkelijk is geweest, maar daar zal je eindelijk vrede vinden met jezelf en met de anderen. Daar kan je al je zorgen van je af zetten. Ik beloof je dat ik er persoonlijk voor ga zorgen dat Dimmetrie een goede jongen wordt. Hij zal je iedere week komen bezoeken, net als je zonen. Maak je geen zorgen over hen, het gaat hen goed!
Veel liefs, maak een goede keuze,
Lieselot
Schrijf drie gedichten
Ik heb besloten om drie gedichten te schrijven over 'Post voor mevrouw Bromley'.
Ze gaan alle drie over John, die door de oorlog helemaal veranderd was, hoewel dit het laatste was dat hij wilde. Hij wilde niet deelnemen aan de oorlog, maar de maatschappij verwachtte dit wel van hem. John heeft hard gevochten tegen deze druk en tegen de druk van de mensen rondom hem, maar uiteindelijk heeft hij zich toch laten beïnvloeden door de anderen.
Gedicht 1
In wie zullen ze gelovenals er weer eens wordt gelogen?
Als ogen konden schieten,
was hij allang geschoten.
Zie mensen met hem lachen
die hem nooit hebben gemogen.
Ze willen hem bouwen
om hem daarna weer te slopen.
-------------------------
Dit gedicht gaat over de periode voordat John in het leger is gegaan. De mensen scholden hem uit, ze maakten verwijten, iedereen bekeek hem als een misdadiger. Ook Mary, het meisje waarop hij verliefd was, begon minachting voor hem te tonen en noemde hem een leugenaar en een lafaard. De mensen geloofden niet meer in hem, ze wilden hem overtuigen om in het leger te gaan, om iemand te worden die hij niet was.
Gedicht 2
Hij staardenaar de spiegel
die de contouren van een vreemd lichaam
in de kijker zette.
Hij staarde
naar het gezicht van een vreemdeling
dat op dezelfde manier was verkrampt
als het zijne.
Hij staarde
en stond oog in oog met iemand
die hij nooit eerder had gezien.
Hij staarde
en realiseerde
dat hij naar zichzelf keek.
---------------------------------
Dit gedicht gaat over de periode tijdens zijn legerdienst. John gaf toe aan het volk, hij kon er niet meer tegen. Hij zag soldaten sterven, vechten, doden en kon zelf niet geloven dat hij daaraan meedeed. Hij herkende zichzelf niet meer, het volk had hem helemaal beïnvloedt en veranderd.
Gedicht 3
Zijn gedachtenwaren als een klok
die je steeds kon horen tikken.
Waarvan het geluid
slapeloosheid veroorzaakte
en hem meenam
in een tsunami
van overvloedige klanken
die zijn gevoelens
niet konden beschrijven.
Een tsunami van boze woorden
waarvan hij had besloten
ze voor zichzelf te houden.
Zijn gedachten waren niet te stoppen.
-----------------------------
Dit gedicht gaat over John in het algemeen, niet over een specifiek deel van het boek. John krijgt enorm veel verwijten naar zijn hoofd geslingerd, zowel in het thuisfront als in het Westfront. Hij toonde het niet altijd, maar hij trok zich hier veel van aan. Dat is ook de reden waarom hij toch in het leger is gegaan. Hij dacht veel na, over zijn keuzes, over wat mensen van hem dachten en van hem verwachtten. John wist niet meer waar hij voorstond, wie hij was en wat het beste was, niet alleen voor hem, maar vooral voor de mensen rondom hem. Hierover dacht hij voortdurend na.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten